1771. Michael Haydn, op dat moment 34 jaar oud, is een gevestigde waarde in het Salzburgse culturele leven. Het is december, en in de stad gaat het overlijdensbericht van aartsbisschop Sigismund von Schrattenbach als een lopend vuurtje rond. De devote componist kruipt meteen in zijn ganzenveer en pent nog voor het jaar om is een dodenmis neer.

Het is een bijzonder werk van de toondichter die altijd wat in de schaduw van zijn grote broer is blijven staan. Michael Haydn had al bij leven de reputatie wat oubollig te zijn, maar met dit Requiem toont hij zich zijn tijd vooruit. Vooral het openingsdeel, ‘Requiem Aeternam’, lijkt wel toekomstmuziek. De manier waarop Haydn de verschillende stemmen daar gefaseerd laat inzetten, inspireert twintig jaar later namelijk zijn stadsgenoot en kennis Wolfgang Amadeus Mozart, wanneer die de openingsmaten van zijn iconische dodenmis op papier zet.

Al schuilt er een persoonlijke tragedie achter deze bijzondere vlaag van inspiratie. Met zijn werk wou Michael Haydn immers niet alleen de overleden kerkvader eren, de compositie werd evengoed een rouwwerk opgedragen aan Haydns eigen dochter Aloisia Josepha. Zijn enige kind was aan het begin van datzelfde jaar, net voor haar eerste verjaardag, overleden.

Terugkeer naar de wortels

1798. Joseph Haydn, op dat moment 66 jaar oud, is op het hoogtepunt van zijn kunnen. Aan het hof van prins Nikolaus I in Esterházy heeft hij bijna drie decennia lang zijn compositorische kwaliteiten gehoond; zijn passages in Londen, op aanvuren van impresario Johann Peter Salomon, zijn uitgedraaid op regelrechte triomftochten. Haydn keerde als een superster naar zijn thuisland , en werd eindelijk ook omarmd door het immer kritische Weense publiek.

Voor de componist is dan ook een periode van relatieve rust en grote creatieve vrijheid aangebroken. Haydn zit middenin zijn vruchtbare samenwerking met Baron van Swieten, die eerder dat jaar heeft geresulteerd in het magnum opus Die Schöpfung. Ondertussen heeft Nikolaus II – de kleinzoon van Haydns eerdere opdrachtgever – het zwaartepunt van zijn hofhouding gestaag naar Wenen en Eisenstadt verhuisd, waardoor er minder muziek voor het paleis in Esterházy nodig is. De prins vraagt de componist nog maar om één mis per jaar, voor Haydn een terugkeer naar zijn muzikale wortels.

Ode aan de admiraal?

Toch zijn het evengoed “angustiis”, gespannen tijden. Europa is in een wrede oorlog met Napoleon verwikkeld. Alleen admiraal Horatio Nelson lijkt de Franse revolutionaire veroveraar enigszins te kunnen afstoppen. Bij een zeeslag op de Nijl smeert de Brit Bonaparte een stevige nederlaag aan, een cruciaal kantelpunt in de Tweede Coalitieoorlog.

Het verhaal wil dat Haydn de legendarische legerleider wou eren met zijn mis. De brutale timpani uit het ‘Agnus Dei’ zouden dan verwijzen naar het oorlogsgeweld, de jubelende trompetten uit het ‘Benedictus’ zouden de glorieuze overwinning in de verf moeten zetten. De naamgeving wordt extra gemythologiseerd wanneer het Esterházy-hof in Eisenstadt twee jaar na de première van de mis hoog bezoek krijgt van de opperstrateeg himself. Een passage van de grote oorlogsheld was logischerwijs een enorm societyevenement met alle verwachte plichtplegingen: vuurwerk knalde door de Oostenrijkse lucht, de dagen waren gevuld met jachtpartijen, de avonden met banketten. En uiteraard hoorde bij dat alles ook muziek.

Al was het naar alle waarschijnlijkheid niet de missa in angustiis die toen weerklonk. De Schotse radiomaker David Millar Craig verdiepte zich voor een artikel in The Musical Times in de ontmoeting, en vond slechts één getuigenverslag dat een uitvoering Die Schöpfung vermeldt, volgens Craig was dat inderdaad “veel waarschijnlijker dan dat die zogenaamde ‘Nelson Mass’ zou gespeeld worden.”

Andere anekdotes over de ontmoeting zijn volgens de auteur eveneens gebouwd op drijfzand. Zo zou de admiraal zijn gouden zakhorloge hebben gegeven in ruil voor de pen waarmee Haydn zijn werken schreef. Ook dat noemt Craig twijfelachtig: "Haydn (...) was een dienaar van het Esterhazy-huishouden. Als vazal, zij het dan een zeer vereerde, zal hij toch vooral hebben moeten buigen voor de admiraal.”

Kalenderproblemen

Bovendien blijkt ook de chronologie niet helemaal te kloppen. Op het schutblad van het manuscript staat te lezen hoe Haydn van 10 juli tot 31 augustus aan de mis werkte. De Eerste Slag bij Aboukir werd inderdaad in die periode (op 1 augustus 1798) beslecht, maar dat nieuws kon Wenen onmogelijk zo snel bereikt hebben.

Zoals wel vaker werd de bijnaam dus later op het werk gekleefd, een slimme marketingtruc om de muziek meer historisch cachet te geven. Realistischer lijkt het dat we de “gespannen tijden” niet op macroschaal moeten zoeken, maar dat ze betrekking hebben op Haydns eigen toestand. Overwerkt na de première van Die Schöpfung moest hij de mis in sneltempo afwerken voor de naamdag van prinses Maria Josepha Hermengilde Esterházy, de echtgenote van zijn opdrachtgever – een deadline die Haydn trouwens niet zou halen, want de mis ging met enkele weken vertraging in première.

Daarnaast drukken enkele financiële beslissingen van prins Nikolaus II een cruciale stempel op de compositie. De verhuis van de hofhouding en de politieke instabiliteit zetten Haydns beschermheer ertoe aan om zijn Feldharmonie, het blazersorkest van het hof, op te doeken. De componist moest daardoor aan de slag met een erg ingekrompen bezetting: strijkers, pauken en orgel, aangevuld met enkele trompettisten. Toch weet Haydn zelfs met die beperkte slagkracht heel wat te bereiken. Gesterkt door zijn ervaring in Londen, zijn symfonische summum, geeft hij de instrumentalisten een erg prominente rol in de miszetting. Het ontbreken van de blazers lost Haydn op met virtuoze solopassages voor het orgel, dat hij tijdens de première zelf bespeelde. Pas enkele jaren later zou Joseph Fuchs de partituur herwerken naar de (ondertussen meer gebruikelijke) bezetting met houtblazers.

Toch is het niet alleen de instrumentatie die dit werk bijzonder maakt, ook in de stemzetting toont Haydn absoluut zijn meesterschap. Hier voel je evengoed dat de componist een hele carrière lang naar dit orgelpunt heeft toegewerkt, zowel zijn allereerste als zijn allerlaatste composities zijn immers missen. De Amerikaanse dirigent en musicoloog Martin Pearlman licht in zijn analyse van dit werk toe hoe de componist binnen één compositie de verschillende stijlperiodes die tijdens Haydns leven in trek waren verenigt: “een fascinerende mix van contrapunt in de barokstijl, nog ouder Gregoriaans gezang, met een moderne virtuose schriftuur in de levendige strijkerspartijen.”

Dus neen, zoek in de Nelson Mass geen verheerlijking van oorlogsgeweld of geen politiek statement. Dit is vooral een meesterwerk van een componist op zijn absolute piek dat onder lichte contractuele hoogspanning tot stand kwam. Al weet iedereen dat het beste werk ontstaat onder een beetje deadlinestress. Geen enkele reden om daar “in angustiis” over te zijn.

Info concert