Soundtracks in de Sovjet-Unie
Nog in de Sovjet-Unie schreef Pärt muziek voor tal van radiospelen, films en documentaires. Zo componeerde hij tussen 1962 en 1974 onder andere muziek voor negentien stopmotionanimaties van de filmstudio Tallinnfilm. Voor Pärt was dit een handig medium om te experimenteren met seriële en tonale technieken. In totaal componeerde hij een vijftigtal scores, die niet tot zijn officiële oeuvrecatalogus behoren.
een trouwe ambassadeur
De Engelse dirigent en zanger Paul Hillier speelde een sleutelrol in Pärts doorbraak: dankzij hem werden zijn composities een vaste waarde op het programma van de westerse koren en werd zijn muziek veelvuldig opgenomen. Hillier voelde zich sterk aangesproken door de spirituele intensiteit van zijn tintinnabuli-werken; vanaf de vroege jaren ‘80 richtte hij zich met zijn Hilliard Ensemble op de uitvoering van Pärts muziek. Als dank droeg Pärt zijn Miserere op aan Hillier en het ensemble; zij brachten het werk op 17 juni 1989 in wereldpremière in de abdij van Saint-Georges de Boscherville in Rouen.
Pärt wereldwijd
Een ander sleutelmoment was Pärts samenwerking met producent Manfred Eicher en het label ECM (Edition of Contemporary Music). Tot dan stond het label bekend om zijn heldere opnames van avant-garde jazz, maar midden jaren ‘80 richtten ze zich ook op klassieke muziek. Vanaf 1984 werden Pärts composities opgenomen onder de subreeks ECM New Series, met Tabula Rasa (met o.a. Gidon Kremer) als grootste succesnummer. Via ECM bereikte Pärt luisteraars die doorgaans niet naar klassieke of religieuze muziek grepen, en werd zijn naam wereldwijd bekend.
Pärt vandaag
Vandaag is Pärt de meest uitgevoerde nog levende componist. Dat zijn muziek vaak in films gebruikt wordt – Spiegel im Spiegel en Fratres duiken op in producties van onder meer Terrence Malick (The Tree of Life) en Paolo Sorrentino (La Grande Bellezza) – draagt alleen maar bij tot die bekendheid.